Totale integratie
Verhalen/01 February 2024Onlangs is in Rosmalen de nieuwbouw van het Rodenborch College in gebruik genomen. Een hoogwaardig onderwijsgebouw met een unieke uitstraling. Zorgvuldig en integraal ontworpen van concept tot detail.
Voor deze rubriek ‘achter de schermen’ vroegen we projectmanager Matthijs van den Berg en technisch ontwerper/BIM-coördinator Christiaan de Wit wat erbij kwam kijken om het ontwerp van projectarchitect Martijn van Leeuwen en zijn team tot leven te brengen.
Wat was jullie rol in dit project?
Matthijs: ‘Ik was verantwoordelijk voor de totale ontwerpintegratie. Dus informatie van de klant op een goede en afgewogen manier verwerken, de verbindende schakel zijn tussen ons bureau en alle adviseurs, de interne planning en deelplanningen verzorgen, en samen met een kostendeskundige financieel toezicht houden. Tijdens de uitvoering was ik verantwoordelijk voor de algehele aansturing en als spin in het web de schakel tussen RoosRos en de uitvoerende partijen.’ Christiaan: ‘Ook ik verzorgde de afstemming met alle partijen, maar dan vooral technisch-inhoudelijk. Samen met het team verwerkte ik alle input en ontwikkelingen in ons BIM-model, wat voor alle partijen de bron van informatie is gedurende het hele proces.’
Wat waren de uitganspunten voor deze nieuwe school?
Christiaan: ‘Het betrof een fusie van twee scholen op een nieuwe locatie, met in totaal 2300 leerlingen. Vanwege het grote aantal leerlingen in een nieuwe fusieschool vonden we het belangrijk om het gebouw overzichtelijk, menselijk en begrijpelijk te houden. We wilden kleinschaligheid creëren in een groot project.’
Matthijs: ‘Het Rodenborch is bovendien een Topsport Talentschool. Dit betekende dat een grote, multifunctionele sportfaciliteit onderdeel was van de opgave, die bovendien zelfstandig te gebruiken moest zijn. De faciliteiten moesten zowel aan de eisen van NOC*NSF voldoen, als aan die van de gemeente voor recreatief gebruik in de avonduren.’
Wat waren de grootste uitdagingen bij dit project?
Matthijs: ‘De timing. We hadden maar 1,5 jaar voor het ontwerp en de voorbereiding en 1,5 jaar om alles te bouwen. Dat is voor een project van deze omvang een flinke uitdaging. Die krappe planning legde flink druk op alles, maar door in de eerste fase alles heel strak en zorgvuldig te organiseren, hebben we het binnen de tijd gehaald. Daarnaast hadden we ook een goed uitvoeringsteam onder leiding van Burgland Bouw’.
Welke innovaties zijn er toegepast?
Matthijs: ‘In de lokalen wilden we zoveel mogelijk vrije hoogte realiseren. Maar de installaties zitten in de gang op 2.80 meter hoogte. Aan de gangzijde hebben we de plafonds daarom laten beginnen op 2.80 en deze naar de gevel toe omhoog getild naar de optimale hoogte. Dit zorgt voor veel daglichttoetreding met een prettige reflectie omdat het plafond schuin loopt. Bijkomend voordeel is dat er minder kunstlicht nodig is.’
Christiaan: ‘Voor de gebouwstructuur hebben we het Lagenmodel van Brand goed op ons netvlies gehouden, ofwel de opsplitsing van het gebouw in elementen met verschillende praktische levensduren. Het draagskelet is beton op een kolomstructuur, dus gebruikers zijn vrij om de ruimte in te delen met zo min mogelijk dragende wanden. Door met een lichte gevel te werken behouden we de flexibiliteit om in de toekomst het gebruiksdoel van het gebouw aan te passen.’
Christaan: ‘In het BIM-model hebben we de alu cassettes van de gevel als losse elementen gemodelleerd en door gekopieerd, om duidelijk te krijgen waar uitzonderingen zitten en om maatverschillen te kunnen detecteren. Feitelijk hebben we dus gemodelleerd zoals we bouwen, wat op de bouw tijd oplevert en faalkosten reduceert.
In de muzieklokalen moesten blazers kunnen oefenen zonder de theorielessen te storen. We hebben daarvoor in samenwerking met ZRi een doos-in-doos constructie ontwikkeld met een hoge geluidseis. Dat vroeg veel aandacht bij het detailleren en veel toezicht tijdens de bouw. Maar het resultaat is perfect, we hebben nul klachten gekregen.’
Vertel eens iets over het terrein rond de school?
Matthijs: ‘We hadden het idee om van het gebied een mooi, open campusterrein te maken. Dat was nogal een opgave, mede omdat er plek moest komen voor 2300 fietsen en 200 auto’s. Samen met de gemeente, landschapsbureau BoschSlabbers en Waterpas Civiel Adviesbureau hebben we alles uitgewerkt. De parkeerplaats en fietsenstalling zijn uitgevoerd in watervoerende bestrating. Het water zakt daar doorheen, waarna het vertraagd wordt afgevoerd naar een wadi. Vanuit die wadi hebben we een overstort gecreëerd naar een waterplas aan de achterzijde. Aan die waterpartij hebben we een parkachtige omgeving gecreëerd waar leerlingen recreëren, werken en soms zelfs zwemmen.’
Matthijs: ‘De buitenruimte en biodiversiteit wordt door klimaatverandering steeds belangrijker. Met docenten natuurwetenschappen en biologie van de school hebben we een groenprogramma van inheemse lokale beplanting gerealiseerd. En omdat de sporthal ook ’s avonds wordt gebruikt, wilden we een gevoel van veiligheid en benaderbaarheid creëren. Door lampen te verwerken in de negges van de gevel, ontstaat in het donker een boeiend spel van verlichting en schaduw in de gevel van het gebouw en de sporthal.’
Nu het gebouw af is: zijn jullie het meest trots op?
Christiaan: ‘Ik ben trots op hoe de hele aula geworden is, met veel groen rondom het atrium, veel daglicht, een heel hoog afwerkingsniveau en alles dat naadloos op elkaar aansluit. Dat komt zeker door de hoge mate van uitwerking in BIM, niet alleen bij ons, maar ook bij en met al onze leverancier en partners.’
Matthijs: ‘Ik heb me heel hard gemaakt voor levend groen in het atrium en ik ben trots op hoe dat uitgepakt heeft. Door dit direct in het technisch ontwerp op te nemen, een goede bak te ontwikkelen, het juiste groen te selecteren en een waterdruppelsysteem te integreren, hebben we veel groen in de school gerealiseerd. En ik ben heel blij met de daglichttoetreding. Het licht komt mooi binnen, maar hindert niet en geeft geen hittestress. Het is gewoon heel goed doordacht, zeker met het oog op beplanting, zonder dat het een kas geworden is. Mooi werk dus!’